LINDAPTER KLEMELEMENT - TYPE AF MIDDEL - GIETIJZER THZ
Artikelnr | 4160.120.001, 4160.120.002, 4160.160.001, 4160.160.002, 4160.200.001, 4160.200.002 |
---|---|
Maat | AFM12 – 10.9, AFM12 – 8.8, AFM16 – 10.9, AFM16 – 8.8, AFM20 – 10.9, AFM20 – 8.8 |
Verpakking | 10 |
Artikelgroep | 16.4160 |
Materiaalsoort | GT |
Kwaliteitsklasse | NULL |
Draadsoort | NULL |
Behandeling | THZ |
ISO | NULL |
DIN | NULL |
Voor toepassingen waar hoge belastingen op wrijving verwacht kunnen worden heeft Lindapter het type AF ontwikkeld. Door gebruikt te maken van nodulair gietijzer kan het type Af niet alleen gebruikt worden in combinatie met bouten in de sterkteklasse 8.8, maar ook in combinatie met sterkteklasse 10.9. Hierdoor zij hogere aanhaalmomenten haalbaar, resulterend in aanmerkelijk meer klemkracht in de verbinding. De speciaal geprofileerde neus van het type AF zorgt ervoor dat dit klemelement ook toegepast kan worden op hellingflenzen tot een hellingshoek van maximaal 10?.
OPVULSTUK
Door de Lindapter type AF te combineren met het speciaal ontwikkelde opvulstuk kan de combinatie gebruikt worden voor twee specifieke toepassingen. Plaatst men het opvulstuk in het type AF dan verkrijgt met een vlakke bovenzijde, waardoor het klemelement als een Lindapter type B gebruikt kan worden. Plaatst men evenwel het vulstuk omgekeerd in het verzonken gedeelte van het type AF dan kan het type AF in combinatie met voorspanbouten met een grotere sleutelwijdte (BS4395-2 / DIN6914) gebruikt worden.
TUSSENPLAAT
De verhoogde aanhaalmomenten om de specificaties van de Lindapter type AF optimaalt uit te nutten vereisen het gebruik van een tussenplaat met een grotere dikte en in een hogere materiaalkwaliteit. Teneinde weerstand tegen belasting op wrijving van de AF-klem nog verder te verbeteren, kan Lindapter een speciale wrijvingverbeterende tussenplaat produceren.
VULSTUKKEN
Speciale vulstukken zijn vereist om de stand van de Lindapter type AF aan te passen aan de verschillende flensdikten van de staalprofielen.
MATERIAAL:
Nodulair gietijzer overeenkomstig BS EN 1563:1997
OPPERVLAKTEBEDEKKING:
Thermisch verzinkt.
TYPE | 1* | 2* | 3* | 4* | 5* | 6* | Y | X | V kort | V middel | T | breedte |
AF12 | M12 | 8.8 | 90 | 3.4 | 3.9 | 8.5 | 29 | 27 | 5 | 12.5 | 17 | 39 |
AF12 | M12 | 10.9 | 130 | 4 | 5.2 | 7* | 29 | 27 | 5 | 12.5 | 17 | 39 |
AF16 | M16 | 8.8 | 240 | 8 | 10 | 16 | 35 | 37 | 8 | 15 | 22 | 48.5 |
AF16 | M16 | 10.9 | 300 | 11 | 12 | 7* | 35 | 37 | 8 | 15 | 22 | 48.5 |
AF20 | M20 | 8.8 | 470 | 13 | 16 | 26.25 | 39.5 | 39 | 10 | 18 | 25 | 56 |
AF20 | M20 | 10.9 | 647 | 20 | 25 | 7* | 39.5 | 39 | 10 | 18 | 25 | 56 |
1* = boutafmeting (Z)
2* = boutkwaliteit
3* = aandraaimoment (Nm)
4* = toelaatbare belastingen (Veiligheidsfactor 5:1) ? Op Wrijving (kN) Constructie gezandstraald en geverfd ? per twee bouten
5* = toelaatbare belastingen (Veiligheidsfactor 5:1) ? Op Wrijving (kN) Constructie thermisch verzinkt – per twee bouten
6* = toelaatbare belastingen (Veiligheidsfactor 5:1) ? Axiaal (kN) ? per bout
7* BELANGRIJK
De aangegeven waarden voor de toelaatbare belasting op wrijving zijn gebaseerd op een combinatie van Lindapters type AF en een tussenplaat in een thermisch verzinkte uitvoering conform BS EN ISO 1461:1999. Bij toepassing van bouten in de sterkteklasse 10.9 dienen onder de kop van de bouten geharde sluitringen overeenkomstig BS 4395-2 / DIN6916 toegepast te worden. Bij axiale belasting is de treksterkte van de bout maatgevend. In het geval van een combinatie van axiale en een belasting op wrijving moet voldaan worden aan BS 5950-1 (1990) Sectie 6.3.6.3., 6.4.4. en 6.4.5 en BS 4604-2.